De twee fragmenten hebben dezelfde boorden bestaande uit een rij medaillons met geometrische rozetten. Ze zijn waarschijnlijk afkomstig van hetzelfde textiel. De centrale vierkanten bevatten een katachtige met gevlekte vacht (links) en een hondachtige of een haas met een halsband aan (rechts), die tussen planten loopt.
Herkomst:
Egypte
Periode:
4de - 6de eeuw
Materiaal:
Linnen en wol
Afmetingen:
1) Ketting: 13 cm, inslag: 9,7 cm; 2) Ketting: 13,6 cm, inslag: 9,4 cm; Alg. afm: 12x19 cm
Aanverwanten:
California Academy of Sciences, inv. 389-2586.
Louvre, inv. X 4312.
British Museum, inv. EA 18221.
Verwerving:
Collectie Koptisch textiel Fill-Trevisiol: schenking
Bewaarplaats:
Koninklijk Museum van Mariemont
Legwerk in wol, ingeweven in een linnen weefsel
I. Grondweefsel
Ketting:
linnen in natuurlijke kleur, S: 33/cm
Inslag:
linnen in natuurlijke kleur, S: 17/cm
Binding:
inslagbinding met kettingripseffect
II. Delen in legwerk
Ketting:
linnen, S
Inslag:
purperen wol, Z: ± 55/cm; linnen in natuurlijke kleur, S: ± 60/cm
Binding:
inslagripsbinding: alternerende eenheden van 3, 2 en 2 kettingdraden
Ribben per cm:
12
Speciale technieken:
legwerk met galen, inslag met de omtrek van het patroon mee ingelegd; mengeffect (valse hachures): gepaarde inslagdraden: 1 wol en 1 linnen draad/scheut; vliegende draadtechniek voor details en verticale lijnen in vliegende draadtechniek
Kleurstofanalyse:
inslagdraad: purperen wol, Z: meekrap, indigo/wede