Onder een zuilengang staan jagers met draagriemen (?). Het bewaarde deel van de clavus vertoont vervlochten medaillons met leeuwachtigen en een haas op een achtergrond in mengeffect.
Herkomst:
Egypte
Periode:
4de - 6de eeuw
Materiaal:
Linnen en wol
Afmetingen:
Ketting: 28,5 cm, inslag: 32 cm
Aanverwanten:
KMKG, Brussel, inv. ACO.Tx.0261: zuilengang.
Verwerving:
Collectie Koptisch textiel Fill-Trevisiol: schenking
Bewaarplaats:
Koninklijk Museum van Mariemont
Legwerk, ingeweven in het linnen weefsel
I. Grondweefsel
Ketting:
linnen in natuurlijke kleur, S: 20/cm
Inslag:
linnen in natuurlijke kleur, S: 15/cm
Binding:
effenbinding met kettingripseffect
Bijzonderheden:
4 inslagstrepen tussen de clavi: samenstelling: elk 4 inslageenheden (3 draden + 2 draden + 2 draden + 3 draden)
II. Delen in legwerk
Ketting:
linnen S
Inslag:
purperen wol, S: 40/cm; linnen in natuurlijke kleur, S: 48-52/cm
Binding:
inslagripsbinding: onregelmatige eenheden van 2 en 3 kettingdraden
Ribben per cm:
7
Naaidraad:
linnen S2Z
Speciale technieken:
legwerk met galen, inslag met de omtrek van het patroon mee ingelegd, vliegende draad enkel voor de details; valse hachures: 1 wollen en 1 linnen draad, samen gebruikt in iedere scheut: 22/cm