Centraal een medaillon met naakt personage (jager? danser?), waarvan de schoudermantel achter de rug opvliegt. Hij wordt door twee gestileerde zuilen gescheiden van twee dansende Maenaden (de rechter draagt een lang kleed, de linker is naakt met een sluier op de schouders).
Herkomst:
Egypte
Periode:
4de - 6de eeuw
Materiaal:
Linnen en wol
Afmetingen:
Ketting: 36,5 cm, inslag: 19,5 cm
Aanverwanten:
MAK, Wien, inv. 10810-1971.
Privécol., inv. DM 60.
Katoen Natie, inv. 539, DM62.
Abegg-Stiftung, inv. 1023.
Verwerving:
Collectie Koptisch textiel Fill-Trevisiol: schenking
Bewaarplaats:
Koninklijk Museum van Mariemont
Legwerk, ingeweven in de tunica
I. Grondweefsel
Ketting:
linnen in natuurlijke kleur, S: 11/cm
Inslag:
linnen in natuurlijke kleur, S: 11/cm
Binding:
effenbinding
II. Delen in legwerk
Ketting:
linnen, S
Inslag:
zwarte en oranje wol, S: 26/cm; linnen in natuurlijke kleur, S: 24/cm
Binding:
inslagripsbinding: 2/2
Ribben per cm:
5-7
Naaidraad:
rode wol S2Z
Speciale technieken:
legwerk met galen, inslag met de omtrek van het patroon mee ingelegd, vliegende draad enkel voor de details, verticale lijn in vliegende draad techniek; afwerking van de halsopening: 2 Z-getwijnde zelfkantkoorden in rode wol, zijn opgenaaid; zelfkantkoorden: ((S2Z)2S)2S en ((S2Z)2S)2Z